De motivatie: waarom?
Het eerste wat jouw organisatie scherp moet hebben, is de motivatie achter de overstap naar de hybride cloud. Zonder een helder doel is de kans groot dat de implementatie inefficiënt verloopt en daardoor onverwacht duur uitvalt.
Maar hoe weet je wat het doel is? Door een solide cloudstrategie te ontwikkelen, die de gewenste uitkomsten en doelstellingen van de verhuizing beschrijft. Hiervoor moet je niet alleen de bedrijfsdoelen en -behoeften goed begrijpen, maar ook beschikken over specifieke kennis van bijvoorbeeld risicomanagement en bedrijfscontinuïteit. Dit zorgt ervoor dat een cloudstrategie niet alleen technisch haalbaar is, maar ook de operationele en strategische doelen van de organisatie ondersteunt.
Denk aan bedrijfsdoelen zoals het realiseren van toename van efficiëntie of het behalen van concurrentievoordeel. Deze zijn te vertalen naar clouddoelen, zoals het benutten van automatiseringsmogelijkheden, het analyseren van markttrends, het behalen van een hogere time to market en een hogere flexibiliteit. Zodra je zulke concrete doelen voor ogen hebt, kun je de implementatie en het uiteindelijke gebruik van de hybride cloud gericht plannen.
Puzzelen: wat gaat waarheen?
Deze doelen behalen zich natuurlijk niet vanzelf. Zodra je jouw cloudstrategie duidelijk hebt, is het van belang om de inrichting van de hybride cloud te plannen. Welke toepassingen moeten draaien in de public cloud en kunnen beter in de private cloud ondergebracht worden? Schaalbare applicaties, zoals webservices, profiteren van de flexibiliteit van de public cloud. Legacy systemen en kritieke of gevoelige toepassingen worden om veiligheids- of compliance-redenen daarentegen vaak in de private cloud geplaatst.
Maar om die beslissing te kunnen maken, moet je goed in beeld hebben wat je al in huis hebt qua systemen. Dit kan aan de hand van ketenplaten en een technology roadmap: een overzicht van de huidige technologische infrastructuur, (legacy)-systemen en applicaties. Met zo’n duidelijk overzicht van het applicatielandschap en zijn afhankelijkheden is het makkelijker in te schatten in welke cloudomgevingen de applicaties het best kunnen gaan draaien én is het eenvoudiger om de risico’s hiervan in te zien. Zodra je per applicatie een bestemming en tijdlijn hebt bepaald, komt de volgende vraag: hoe ga je dit daadwerkelijk uitvoeren?
Aan de slag: hoe?
Systemen en applicaties kunnen verouderd zijn, niet goed met elkaar communiceren en bevinden zich vaak op verschillende locaties. Een van de grootste uitdagingen bij de verhuizing naar de hybride cloud is dan ook de integratie van deze diverse applicaties.
Om deze laatste uitdaging aan te pakken, is het ontwikkelen van een integratievisie onmisbaar. Dit beschrijft de aanpak van de migratie, waaronder het integreren van verschillende applicaties, processen en IT-systemen binnen een organisatie naar een hybride cloudomgeving. Zo’n visie wordt gevormd door de juiste hulpmiddelen en technologieën in kaart te brengen, prioriteiten te stellen en de benodigde stappen, afgestemd op de clouddoelen, uit te werken. Een helder raamwerk zoals het 6R-model (Rehost, Replatform, Refactor, Repurchase, Retire, Retain) kan richting geven bij het bepalen van de beste aanpak per applicatie. Daarnaast kan het behulpzaam zijn om integratieplatforms en -tools te gebruiken die je hierbij ondersteunen.
Een ijzersterke basis
De overstap naar een hybride cloud vereist dus niet alleen technische kennis, maar ook inzicht in je IT-landschap, een weloverwogen strategie en een goede aanpak voor integratie. Door de waarom, wat en hoe te beantwoorden, leg je een ijzersterke basis die de verhuizing vervolgens op rolletjes laat lopen. Zo blijkt maar weer: een goede voorbereiding is het halve werk.